ontsluieren

Conjugations List of Ontsluieren.
Presens
Imperfectum
Perfectum
ikontsluierontsluierdeheb ontsluierd
jij, je, uontsluiertontsluierdehebt ontsluierd
hij, zij, hetontsluiertontsluierdeheeft ontsluierd
wijontsluierenontsluierdenhebben ontsluierd
jullieontsluierenontsluierdenhebben ontsluierd
zij, zeontsluierenontsluierdenhebben ontsluierd

Presens

Example presens sentences for Ontsluieren with some of the pronouns.

  • Ik ontsluier de mysteries van het universum.
  • Jij ontsluiert de waarheid achter de leugens.
  • Hij/Zij ontsluiert de geheimen van het verleden.
  • Wij ontsluieren de betekenis van dit oude manuscript.
  • Jullie ontsluieren de verborgen boodschap in de schilderijen.

Imperfectum

Example imperfectum sentences for Ontsluieren with some of the pronouns.

  • Ik ontsluierde de mysteries van het universum.
  • Jij ontsluierde de waarheid achter de leugens.
  • Hij/Zij ontsluierde de geheimen van het verleden.
  • Wij ontsluierden de betekenis van dit oude manuscript.
  • Jullie ontsluierden de verborgen boodschap in de schilderijen.

Perfectum

Example perfectum sentences for Ontsluieren with some of the pronouns.

  • Ik heb de mysteries van het universum ontsluierd.
  • Jij hebt de waarheid achter de leugens ontsluierd.
  • Hij/Zij heeft de geheimen van het verleden ontsluierd.
  • Wij hebben de betekenis van dit oude manuscript ontsluierd.
  • Jullie hebben de verborgen boodschap in de schilderijen ontsluierd.